Het is niet dat ik de Matterhorn nog nooit had gezien. Vijf jaar geleden wandelde ik nog de Walkers Haute Route van Chamonix naar Zermatt en een jaar later klommen Linsay en ik nog enkele pieken in het nabijgelegen Monte Rosa massief. Telkens was de Matterhorn dominant aanwezig in de achtergrond. Toch krimpte mijn maag ineen toen de Glacier Express trein zijn laatste bocht maakte en de Matterhorn na drie en een half jaar terug voor me opdoemde.
Dat is wat de Matterhorn dan ook met je doet. Zijn piramidevorm die eindigt in een scherpe punt is de reden waarom hij door velen als de perfecte berg wordt omschreven. Gezien de top van de Matterhorn deze keer het doel van mijn reis naar Zermatt was, is het niet onlogisch dat een angstig gevoel me overviel.
Winter. Solo.
De Matterhorn is altijd een flinke uitdaging voor iedere bergbeklimmer. Dat mijn ambitie was om hem solo te beklimmen in de winter maakte dat er niet makkelijker op. Hoewel het de eerste dag van de lente was en de zon scheen met een helderblauwe hemel was Zermatt nog in winterstemming. De straten waren dan ook overrompeld met skiërs die zich begaven naar de dichtste skilift.
In de zomer is de tocht naar Hörnlihut een uitdagende wandeling, maar wat dezelfde route zou brengen in deze periode van het jaar was afwachten. Mijn vrees was een dikke pak sneeuw waar ik moeilijk doorheen zou geraken. Vreemd genoeg was dat mijn grootste zorg voor de beklimming. Vooral omdat ik geen zin had om de dure kabellift naar Schwarzsee te nemen. Gelukkig bleek al snel dat er enkele paden sneeuwvrij waren richting het hoogste kabelstation.
Hörnliroute
De eerste 900 hoogtemeters vanuit Zermatt gingen vlotter dan verwacht. Alleen bleken in de buurt van Schwarzsee geen wandelpaden meer te zijn. Tijd om het klimmateriaal aan te trekken dus. Gezien de dikke pakken sneeuw koos ik ervoor om zoveel mogelijk hoogtemeters te maken via de skipistes. Deze verliet ik pas wanneer ik vanaf het skistation bordjes zag richting de Hörnlihut, de berghut waar de beklimmingen via de Hörnliridge op de Matterhorn beginnen.
Buiten het seizoen is deze hut gesloten, behalve een shelter voor klimmers die de berg in de winter willen aanpakken. Geen wandelaars dus, en helemaal niet zo onlogisch gezien de tocht naar de hut de naam wandeling niet waard is in deze omstandigheden. Een dikke pak sneeuw verbergt de trail en zorgt dat de alpiene beklimming reeds hier start.
Self arrest
Klauteren over de steile rotsen en onstabiele sneeuwvelden overbruggen. Zo was de trail naar de Hörnlihut het best te omschrijven. Op zich was ik opgelucht dat er sneeuw lag over de rotsen, gezien dit alles net iets stabieler maakt dan de losliggende stenen. Alleen hadden de warme temperaturen van de laatste dagen ervoor gezorgd dat heel wat sneeuwvelden onstabiel waren. Niet zelden zonk mijn been tot kniehoogte in de sneeuw. Dat het voortdurend oppassen was werd later die namiddag nog duidelijk.
Ik kijk naar mijn linkervoet en merk dat mijn crampon verdwenen is. Ik kijk achter me en zie niets liggen. Mijn blik speurt rond tot ik hem zie liggen, zo’n vijftien meter lager op een steile sneeuwhelling. Beseffend dat ik mijn crampon nog echt nodig zou hebben tijdens dit avontuur, besluit ik voorzichtig af te dalen. Bij de eerste stap gaat het al mis en glijd ik de dieperik in. In een momentum van slechts een seconde schrik ik van de snelheid die ik al snel maak naar beneden. Anderzijds behoud ik mijn kalmte en gebruik ik mijn ice axe om af te remmen. Ik duw deze in de sneeuw en leun er met mijn volledige gewicht op. Uiteindelijk zo’n tien meter lager kom ik tot stilstand. Ik zie mijn crampon nog iets lager liggen en besluit gecontroleerd me op dezelfde manier te laten afzakken.
Schrik voor een slechte afloop is er nooit geweest. Toch niet op dat moment. Het is pas als ik terug naar boven ben geklommen dat het me opvalt hoe diep en steil de sneeuwhelling wel is. Zo’n honderd meter lager zie ik enkel rotsen boven de sneeuw uitsteken en overvalt het me dat het wel eens slechter had kunnen aflopen.
Hörnlihut, 3260 meter
De beklimming naar de Hörnlihut bleek uiteindelijk meer tijd te kosten dan verwacht. Enerzijds hadden de ruim 1600 hoogtemeters fysiek zijn tol geëist op mijn lichaam, anderzijds was de route erg zwaar in deze omstandigheden. Het was dan ook net na donker dat ik uitgeput aan de hut aankwam. Nadat ik uren aan een stuk hachelijke situaties tot een goed einde had weten te brengen.
Wanneer ik de deur van de slaapruimte van de hut open, hoor ik een luid gekuch. Een andere klimmer ligt in het donker in zijn bed. Een oudere Slowaakse man zo blijkt. Zijn vrienden zijn onderweg naar de Solvay hut, op zo’n 4000 meter. De taalbarriere en het feit dat ik volledig op ben zorgde ervoor dat ook ik een half uur later in dromenland lag.
Tough call
Verder klimmen of niet. Dat was het dilemma waar ik de volgende ochtend mee zat. De vermoeidheid zat zwaar in mijn benen en kon ik wel wat extra rust gebruiken en daarnaast bleek de route naar de berghut geen goed voorteken voor de rest van de beklimming. De pakken sneeuw op de route waren van zo’n slechte kwaliteit dat ik meer dan eens er diep in zakte, en erger nog: geen goed houvast had. Dat was al een paar keer maar net goedgekomen, maar vanaf nu zou de route nog een pak steiler worden, waardoor een foutje fatale gevolgen zou hebben.
Om mijn benen te strekken besluit ik het vervolg van de route even te verkennen. Na zo’n tien minuten kom ik aan het eerste technische stuk van de Matterhorn. Een loodrechte muur die zo’n zeven meter stijgt. Ondanks de aanwezigheid van staalkabels zou mijn zware rugzak en de aanwezigheid van losliggende sneeuw dit niet makkelijk maken. Hier is mijn beslissing om solo te klimmen pas echt in mijn nadeel. Een valpartij zou niet alleen pijnlijk zijn, maar wellicht ook fataal. Zeker hoger op de berg.
De vrees die ik altijd had wat de Matterhorn betreft werd werkelijkheid. Naar boven klimmen zou me wel lukken. Alleen is de steile afdaling een grote hindernis die ik mezelf niet foutloos zie ondernemen. Niet erg als je aan iemand bent verbonden met een klimtouw, maar nu…
Aan een zijden draadje…
De motivatie om net nu de Matterhorn te beklimmen is een erg persoonlijke. Een moeilijke periode heeft ervoor gezorgd dat ik mijn grenzen wou verleggen.. tot het uiterste. Even dansen op de koord tussen leven en dood zeg maar terwijl ik mijn grootste passie uitoefen. De hele ochtend keek ik naar de top van de Matterhorn en de weg er naar toe. Het bizarre is dat ik niet dezelfde honger had om naar boven te gaan als tijdens mijn andere klimexpedities. Voor een keer zag ik de top van de Matterhorn halen niet als prioriteit. Integendeel. De afzondering van de buitenwereld zorgde ervoor dat ik besefte wat echt belangrijk was. En dat lag op dit moment in mijn leven niet boven op de Matterhorn.
De terugkeer van de drie Slowaken bevestigde wat er zat aan te komen. ‘How is the route?’, vroeg ik hen. In gebarentaal maakten ze duidelijk dat de sneeuw erg slecht was. Op heel wat plaatsen zak je er tot aan je heup in. ‘Dangerous.’, weten ze er nog uit te brengen, ondanks het feit dat ze zelf wel de top hebben gehaald. Gezien ik voel dat ik fysiek en mentaal niet sterk genoeg sta, besluit ik de volgende ochtend terug te keren.
De afdaling naar Zermatt zou er nog een worden vol gevaar. Het grootste wellicht in het eerste stuk. Een steile sneeuwhelling die me twee dagen geleden nog heel wat moeite kostte, blijkt nog in veel slechtere staat te zijn. Ik probeer dezelfde stappen te zetten die ik twee dagen geleden nog zette, maar halfweg het sneeuwveld blijkt dit niet de juiste keuze. Ik duw mijn ice axe in de sneeuw tot hij erg vast zit. Wanneer dit het geval is schop ik hard in de sneeuwhelling tot de voorste punten van mijn crampons me genoeg steun geven om niet de dieperik in te vallen. Met de twee keer twee metalen punten van mijn crampons en mijn ice axe ben ik vastgehecht aan de steile bergwand. Wanneer ik met mijn rechtervoet opnieuw zoek naar een volgende positie, zakt deze voortdurend weg. De sneeuw is te zacht om voldoende steun te bieden aan mijn volle gewicht. Het spoor loopt dood. Ik kijk even naar beneden waar honderden meters diepte naar me loert en probeer rustig te blijven. Mijn ademhaling gaat even te keer, maar na enkele tellen herwin ik mijn rust. ‘De enige weg is omhoog.’, denk ik bij mezelf terwijl ik kijk naar enkele rotsen zo’n twee meter boven me, die me wat extra houvast zou bieden. Ik haal mijn ice axe uit de diepe sneeuw en zoek naar een positie iets hogerop. Ik duw hem met volle kracht in de sneeuw, maar het is zoeken naar een stevige pak sneeuw. Telkens vallen pakken sneeuw naar beneden waardoor mijn ice axe loskomt. Tot overmaat van ramp voel ik hetzelfde gebeuren aan mijn linkervoet. Mijn crampons verliezen grip door de sneeuw die lost. Ik sta nu nog maar met twee metalen pinnen van mijn rechtervoet vast aan de rechterwand. In een korte paniek zoek ik zowel met mijn voet als met mijn ice axe naar extra stevige plaatsen. Die paniek wordt nog groter wanneer ik voel dat ook mijn rechtervoet aan stabiliteit verliest. Ik duw mijn blote vingers diep in het ijs, tot bloedens toe, in de hoop op die manier een ankerpunt te vinden. Als ik in de kortste tellen geen ankerpunt vindt zal mijn gewicht ervoor zorgen dat de sneeuw onder mij naar beneden valt… met mij erbij. Even schiet door mijn hoofd dat dit wel eens mijn einde zou kunnen zijn.

Wat wel eens mijn laatste ‘afdaling’ kon geweest zijn
Gelukkig is mijn volgende poging met de ice axe net de goede. Ik slaag erin mijn volle gewicht te laten hangen aan de ice axe, en probeer met die tijd terug ankerpunten te vinden voor mijn voeten. Met mijn ene voet duw ik me af zodat ik met een klein sprongetje net tot bij de rotsen boven me kan. Ik klamp me met beide handen vast aan de rots als ik de sneeuw onder mijn voeten opnieuw voel verdwijnen. Ik klauter stuntelig tot op de rots en val uitgeteld neer. Hier hing mijn leven echt aan een zijden draadje.
Het zou niet de laatste hachelijke situatie worden van die afdaling, maar wel de ergste. Als ik veilig en wel de hoogste skipistes bereik, besef ik dat terugkeren van de Matterhorn de enige veilige en verstandige keuze was.
En de Matterhorn? Die zal nog even moeten wachten om door mij bedwongen te worden.

Hörnli Ridge
Pingback: Op zoek naar avontuur: IJsland en meer | An Adventurers Journal