“Stop de auto!” Alsof ons leven er van afhangt zet Linsay onze rode Fiat kort remmend in de berm. “Neem je camera. De zonsopgang is ongelooflijk.”, en ik wijs naar een plaats waar je de roodgekleurde zon net over de bergen kunt zien komen.
Vlug holt ze de straat over, terug naar de plaats waar we net waren voorbijgereden. Het is twintig na vijf in de ochtend en we zijn op weg naar de start van de Miner’s track. Een ons aangeraden klimroute naar de top van Snowdon, de hoogste berg van Wales. Snowdonia, het nationale park van het kleinste land van de UK mag dan een trekpleister zijn voor vele fietsers, wandelaars of dagjestoeristen, op dit moment leek het alsof we helemaal alleen waren in de kilometers wijde omgeving. Het was ook de voornaamste reden waarom we deze ochtend zo vroeg al op pad waren: het vermijden van de grote hordes aan klimmers die later op de dag richting de top van Snowdon zouden trekken. De postkaartzichten van een fel kleurende zonsopgang die zich boven de horizon rees was een tweede motivatie om onze wekker om vier uur te laten afgaan.

Zonsopgang boven Snowdonia
“We zijn nog niet gestart en we hebben al fantastische foto’s.”, zegt Linsay de foto’s op haar camera scrollend terwijl ik ons rugzakje klaarmaak en de auto sluit. Slechts één klimmer is ons net voor op de parking aan de start van de route. Dat die dan nog kiest voor de andere route die hier start zorgt ervoor dat we volledig alleen aan de beklimming van onze eerste berg in de Three Peaks Challenge kunnen beginnen.
Snowdon (1 mei 2015)
Het is kwart voor zes als we uiteindelijk de eerste passen op de Miner’s track zetten. Het stijgen mag dan heel gestaag verlopen, het duurt een hele tijd vooraleer we de eerste kilometer voltooid hebben. Niet in het minst door de vele foto’s die we voortdurend aan het nemen waren. Dat betert er niet op als we al gauw een eerste glimp opvingen van de piramidevormige piek van Snowdon zelf. Met een top die besprenkeld lijkt door poedersuiker zal het ons een stuk makkelijker maken om ons einddoel gedurende de volledige klim te herkennen.
Het met asfalt aangelegde pad van de Miner’s Track werd al gauw ingeruild voor een moeilijker bewandelbaar, met rotsblokken aangelegde route naar boven. Een pad dat leek op een kasseiweg, maar met kasseien de grootte van boulders. Het deed ons voelen als een stelletje mieren die langzaam naar boven kropen. De ons omsingelende dominerende rotsmassieven versterkten dat gevoel enkel nog meer. “Ligt het tempo niet te hoog?”, vraag ik Linsay, beseffend dat we vaak in ons overdreven enthousiasme er een te snel tempo op nahouden. Het is haar eerste berg ooit, en al mag Snowdon dan slechts 1085m hoog zijn, het feit dat het startpunt aan Pen-y-Pass op een hoogte van amper 359m ligt, zorgt ervoor dat het toch een fysieke uitdaging blijft.
“Mag ik nog een slokje?”, vraagt Linsay als we even pauzeren bij een plaats waar we grote rotsblokken als zitjes doen dienen. Ik geef haar de fles water door en kijk naar de route beneden die we reeds hebben afgelegd. Een groot blauw meer, opgesplitst door de Causeway, een pad dat op een dam leek, domineert het landschap. “We zitten op 723 meter.”, lees ik af op mijn hoogtemeter. “Het klimmen gaat snel.”, motiveer ik Linsay nog vlug. Als we een uur later bij de bergkam aankomen die ons naar het laatste stuk naar de top van Snowdon zou leiden, zien we dat de andere trails hier ook toe komen. “Wow, het is erg winderig hier.”, schrikt Linsay, haar hoedje stevig vasthoudend. Het weer is de volledige klim perfect geweest, maar eens we dichtbij de kam waren gearriveerd had een hevige wind opgestoken. Iets wat typerend was als je op het hoogste punt van de omgeving stond. Met de sterke wind van voor die ons van de berg leek te willen blazen zetten we de laatste klim in. “Wees voorzichtig bij de stappen die je zet.”, schreeuw ik nog tegen de wind in, mijn handen in mijn mouwen verstoppend tegen de kou. Moeizaam vooruit rakend beukten we tegen de wind in, Linsay kort in mijn stappen volgend. Langer dan nodig boven zitten is allesbehalve aangenaam en dus beginnen we al snel aan het kleine trapje die leidt naar het hoogste platform van de berg. “Heb je je fototoestel bij de hand?”, vraagt Linsay. Op het platform heeft de wind pas echt vrijgeleide en dus haasten we ons voor het nemen van onze summitfoto. “Wat een zicht zeg!”, tuurt Linsay in de verte, diep onder de indruk van het panorama dat het hoogste punt van Wales biedt. Aan de ene kant Snowdonia, aan de andere de fantastische kustlijn van Wales die we de voorbije dagen nog van dichterbij zagen. We nemen elkaar vast, deels om onze inspanning te vieren en deels om elkaar recht te houden bij de windvlagen die ons omver leken te duwen. “Je hebt het gehaald. Je hebt je eerste berg binnen.”, feliciteer ik haar. “Nee, wij hebben het gehaald.”, zegt ze. Ze had gelijk. Onze eerste piek was binnen.
Scafell Pike (3 mei 2015)
“Met dit weer halen we de top nooit. Nee, beter zelfs, met dit weer begin ik er niet eens aan. Ze heeft gelijk. Met dit weer is het onbegonnen werk om Scafell Pike te beklimmen. Na onze opties te hebben overlopen besluiten we alsnog te vertrekken richting het Lake District National Park, waar Scafell Pike gelegen is. Onze nacht willen we sowieso doorbrengen op de camping in Wasdale Head, nabij het hoogste punt van Engeland. En wie weet stopt het nog met regenen en kunnen we nog aan de beklimming beginnen. Ons sprankeltje hoop wordt al snel groter als de uitbater van de camping ons vertelt dat het weer beter zou moeten worden in de loop van de namiddag. ‘Al zullen de omstandigheden verre van ideaal zijn. Hij had evengoed kunnen zeggen: ‘Veel succes. Ik zie jullie vanavond dan terug?’ want zodra we de woorden ‘beter weer’ hoorden was onze beslissing al gemaakt.
‘Niemand zal vandaag de top kunnen bereiken door het slechte weer.’, hadden we vanmorgen nog te horen gekregen. Dat statement wordt meteen ontkracht als we beginnen aan de enige route vanuit Wasdale Head en meteen enkele groepen klimmers zien afdalen die, ondanks het ‘terrible weather’, en de weinige zichtbaarheid boven, de top van ScafellPike bereikt hebben. Slechte zichtbaarheid zou ons ook wel parten spelen vermoeden we, de grijze pak wolken observerend. Met de kaart zouden we ons dan ook constant oriënteren om zeker onze weg terug te vinden mochten we in een dikke mist terechtkomen boven. Verloren lopen is zelfs het grootste risico op de hoogste berg van Engeland. De vele pieken in het park en het van beneden onzichtbaar zijn van de hoogste ervan zorgt wel meer dan eens ervoor dat grote groepen toeristen de top nooit bereiken.
In de verte zien we nog een groepje met trekking poles uitgeruste klimmers. Ze lijken te twijfelen welk pad er naar boven leidt en sneller dan verwacht halen we ze dan ook in. Hun twijfels zijn gerechtvaardigd want ook wij twijfelen al gauw waar precies de route ligt tussen het enorme rotsenveld waarin we ons bevinden. “Het moet hier zijn.”, bevestig ik na de kaart nogmaals te hebben bovengehaald.
Na wat geklauter waarvan we vrij zeker zijn dat dit niet het juiste pad was, komen we terug op een route die ons verder zou leiden naar de top. Met z’n allen staan we nu op wat de rand van het plateau lijkt, waar verschillende pieken waaronder ScafellPike, gelegen zijn. Omsingeld door een dikke mist en met geen enkel zicht op waar de top zou kunnen liggen ontdekken we een cairn, een stapel in een piramide opgehoopte kleine rotsblokken, die ons de weg naar het allerhoogste punt zou leiden, zo vermoeden we. Niet altijd is de volgende cairn is ons gezichtsveld wanneer we bij een vorige aankomen. Vaak is de mist zo dik dat we even moesten wachten tot een pak wolken was voorbij gezweefd en we door de mist heen een nieuwe stapel rotsen zien verschijnen. “Daar!”, roep ik wijzend naar een twee meter hoge muur die een platform bleek te zijn. Groepjes met klimmers stonden al rond en op het platform, hun summit foto nemend. Een overweldigend uitzicht zoals op Snowdon hadden we niet, maar onze tweede berg in drie dagen hadden we binnen.
Ben Nevis (14 mei 2015)
Wie Ben Nevis wil beklimmen zal het moeilijk hebben om een dag met goed weer uit te kiezen. Het Schotse klimaat zorgt er immers voor dat je er rekening moet mee houden dat je negen op de tien keer niets zal zien van het landschap na een uiterst vermoeiende en lange klim op de hoogste berg van de UK. Onze dag om de Ben Nevis te gaan beklimmen stond al maanden op voorhand vast en met de vele regendagen die we al in Schotland te verduren kregen mogen we wel stellen dat de weergoden ons gunstig gezind waren als we het weerbericht van vandaag checkten. “Veruit de zonnigste dag en weinig tot geen bewolking. We hebben het echt wel getroffen.”, zei Linsay het weerbericht op haar smartphone controlerend.
Het is dan ook vol motivatie dat we om half vier uit ons bed kruipen, onze rugzak nemen en te voet naar het beginpunt van de Big Ben wandelen. Onze vroege start is vooral om de grote massa aan toeristen te vermijden die hier dagelijks de Nevis proberen op te wandelen. “We zijn net vijf uur gepasseerd.”, lees ik af op mijn horloge terwijl de eerste zonnestralen de vallei binnen vallen en we onze eerste meters bergop wandelen. De Ben is 1344 meter hoog en met de start die bijna bij de zee begint betekent het dat we praktisch iedere hoogtemeter op eigen kracht mogen overwinnen. “Geen klimmer in zicht.”, merk ik opgelucht op, wetende dat we misschien de mooiste ervaring van de Three Peaks tegemoet gaan.
Bij iedere stap omhoog die we zetten leek het zicht op de Highlands en de lochs in de verte enkel maar indrukwekkender te worden. “De beroemde highlands met een blauwe hemel.. dat zie je zelfs zelden op een postkaartje.”, zeg ik tegen Linsay als we opnieuw halt houden om ons fototoestel boven te halen. Ik kon de tel al niet meer bijhouden. Net als in Snowdonia was het schouwspel tussen de zoninval en de heuvels van de highlands gewoon de natte droom van iedere fotograaf.
“Sneeuw!”, roept Linsay enthousiast bij het zien van de eerste laag sneeuw die ons pad had bedekt. Sneeuw hadden we verwacht gezien er tijdens deze periode op het jaar nog winterse condities op de Ben Nevis heersen. “Waar zou nu het hoogste punt liggen?”, vraag ik me af, twijfelend tussen een hoger platform links en een hoge piek rechts. Het hoogteverschil lijkt vanop onze afstand amper merkbaar. Diepe voetafdrukken in de bevroren sneeuw doen ons voor links opteren. “Is dit de top al?”, vraag ik me af, tussen de dikke mist die was opgedoken en die ondertussen lijkt te blijven hangen, zoekend naar een stuk die nog hoger leidt. Ik draai me in alle richtingen maar zie niets meer dat hoger lijkt. Mezelf met argumenten tegensprekend leg ik me erbij neer dat dit effectief het hoogste punt is en we onze Three Peaks Challenge hebben voltooid.
Tijdens onze afdaling zien we nog waarom onze vroege start gerechtvaardigd was. Een grote massa aan toeristen wandelt de berg op. Het typeert de populariteit van de Three Peaks. De Ben Nevis is net als Snowdon en Scafell Pike een populaire berg om te beklimmen. Het zit in de natuur van de mens om altijd het grootste of mooiste na te jagen. En dat kenmerkt onze Three Peaks Challenge. De grootste bergen van de UK en we durven stellen: enkele van de mooiste ervaringen eveneens.
Wil je zelf de uitdaging aangaan? Plan dit avontuur met onze volledige e-guide!